Indeling in fases

Bokkenrijders: mythe of werkelijkheid

Projectvoorstel Euregionaal onderzoek: INDELING IN FASES

Het project zal bestaan uit een aantal fases:

Prefase (waarin we ons nu bevinden)

Doel: het in grote lijnen eens worden over de opzet van het plan, de belangrijkste spelers, de kosten (begroting voor fase I) en de werkwijze (fase I en II) en wat daarvoor nodig is.

Vervolgens kan hiervoor in politiek-bestuurlijke trajecten het geld vrijgemaakt worden om fase I te voltooien.

 

Fase I
Schrijven van het projectplan met begroting, voorbereidingen, subsidies voor uitvoering verwerven

Doelstellingen van het plan (fase I):

  • Adequate beschrijving geven van het veelomvattende en ambitieuze plan.
  • Het projectplan dient als besluitstuk voor bestuurders / politici
  • Bij de uitvoering van het plan (fase II) zijn veel partijen betrokken, die er allemaal enig profijt bij kunnen hebben maar wel enthousiast moeten worden gemaakt. Hiertoe dient het plan overtuigend te zijn en partijen over de streep te trekken hun commitment eraan te verlenen.
  • Het plan moet dus duidelijkheid en aansporing verschaffen voor deelnemers en participanten inzake hun rol en de verwachtingen die aan hen en hun instellingen gesteld zijn.
  • Voorts dient het als bagage waarmee fondsenwervers aan de slag kunnen.
  • Het moet daarom een motivatie en aansporing bevatten voor subsidiënten en fondsverstrekkers om dit project te ondersteunen (een Europese subsidieaanvraag hoort tot de mogelijkheden maar valt gezien de grote te leveren inspanning buiten het kader van deze offerte).

Enkele indicatieve uitgangspunten voor de werkwijze:

  • Voor de uitvoering hiervan wordt een stichting Het stichtingsbestuur is drager en eigenaar van het project. Dit bestuur draagt de financiële verantwoordelijkheid en vormt de stuurgroep die letterlijk de centrale sturing aan dit project geeft. Via tussentijdse rapportages fungeert het stichtingsbestuur als bewaker van proces en financiën.
  • Onder de stuurgroep fungeert een projectgroep, waarin middels projectleiders de diverse partijen vertegenwoordigd zijn die uitvoering aan het plan geven.
  • Voorts wordt er een wetenschappelijke begeleidingscommissie in het leven geroepen om het te verrichten wetenschappelijke onderzoek te enthousiasmeren, te faciliteren en waar nodig te toetsen.
  • Om het project breed te doen dragen wordt een Comité van Aanbeveling overwogen , waarvoor mensen met statuur gevraagd worden er hun naam aan te verbinden.
  • Omdat het fenomeen Bokkenrijders grensoverschrijdend is, zal het onderzoek dit evenzeer moeten zijn. In het projectplan moet daarom terdege een goede afbakening van het betreffende gebied plaatsvinden dat zich over tenminste drie landen uitspreidt. Het grensoverschrijdende karakter zal in de aanvangsfase extra inspanningen met zich meebrengen om iedereen voor dit plan te winnen, echter de internationale aanpak draagt sterk bij aan de versterking van het plan.

De onderdelen van fase I:

  1. Het schrijven van het projectplan
  2. Het opleveren van een daarbij horende begroting
  3. Voorstel is er ook een testcase deel van te laten uitmaken
  4. Symposium om het plan definitief bekend te maken, ermee naar buiten treden
  1. Het schrijven van het projectplan

Dit projectplan behelst een adequate beschrijving van het gehele project, dat circa tien jaar zal beslaan. Het project is ontegenzeggelijk veelomvattend en ambitieus. Het schetst een beeld van de doelstellingen, financiering, uitvoering, termijnen en verwachte resultaten.

  1. Begroting

Gezien de omvang van de werkzaamheden en de ambitie die verwezenlijkt moet worden in fase II, dient hiervoor een passende begroting opgeleverd te worden. Hiermee wordt duidelijk hoeveel het kost, op grond waarvan besluiten kunnen worden genomen en subsidies en fondsen verworven kunnen worden.

  1. Pre-onderzoek en Testcase

Met een dergelijk veelomvattend project is het zaak om duidelijk te maken dat de werkwijze functioneert en dat de brede aanpak tot resultaten leidt met een betere kijk op het fenomeen van de Bokkenrijders. Daarom is een testcase een geschikt middel om dit aan te tonen. In deze testcase worden alle bronnen van Heerlen en Schaesberg betrokken die kunnen bijdragen aan een beter inzicht in het bokkenrijdersfenomeen. Het betreft hierbij Staats en Oostenrijks gebied, hetgeen vergelijkingsmogelijkheden biedt. Daarbij verdienen bronnen die een inzicht geven in de politieke situatie, de sociaaleconomische staat of de beleving van geloof en bijgeloof, in de beoogde multidisciplinaire opzet net zoveel aandacht als de rechtshistorische bronnen. De betreffende bronnen hiervoor kunnen met voorrang gedigitaliseerd worden (of zijn dit reeds) en kunnen daarmee eenvoudig multidisciplinair bekeken en geanalyseerd worden.

Uit de testcase komt een bepaald beeld – ook op deelgebieden van de totale rechtsgang destijds – naar voren dat getoetst moet worden in fase II.

Gelet hierop wordt vooruitlopend op de testcase een pre-onderzoek gestart naar de opzet van het beoogde multidisciplinaire onderzoek om zo inzicht te krijgen in de te onderzoeken bronnen en te volgen werkwijze.

  1. Symposium

De afsluiting van de eerste fase wordt gemarkeerd door een symposium. Hierin kunnen de eerste resultaten van het onderzoek (testcase) bekend worden gemaakt. Het beeld wat daaruit is voortgekomen, op grond waarvan een aantal stellingen geponeerd kunnen worden.

Het symposium biedt een gelegenheid waarop de partners die zich tot de gezamenlijke uitvoering in fase II verbinden, in gezamenlijkheid naar buiten kunnen treden om het grote initiatief bekend te maken. Ook de sponsors en subsidiënten kunnen op die wijze aandacht krijgen.

Fase II
Uitvoering van het projectplan

Hiervoor wordt een projectgroep samengesteld, die mede voor de uitvoering gaat zorgen. De gesprekken met alle betrokkenen worden opgestart cq. gecontinueerd.

Beoogd wordt om vanuit diverse invalshoeken een analyse te geven van de huidige stand van het onderzoek en de vervolgstappen die nodig zijn om het fenomeen goed in kaart te brengen.

De partners moeten bereid zijn om actief de schouders onder de voortgang van het proces te zetten, zoals:

  • In de archiefwereld door stukken te digitaliseren en beschikbaar te stellen
  • In de wetenschappelijke wereld door onderzoek te doen en studenten te rekruteren en warm te maken voor het verrichten van een deelonderzoek. Voor het wijden van een masterscriptie aan dit onderwerp wordt ernaar gestreefd het financieel mogelijk te maken een stagevergoeding van € 300,- p/mnd. bruto te bieden.
  • Het onderzoek zal nieuwe inzichten verschaffen op tal van gebieden, zoals rechtshistorie, sociale geschiedenis en volksreligie. Feit is dat daardoor ook onderzoek vanuit diverse invalshoeken naar het fenomeen Bokkenrijders nodig is. Er zal dus sprake moeten zijn van een multidisciplinaire aanpak.

Het proces heeft een motor nodig, een aanjager, die planningen opstelt, enthousiast maakt, als aanspreekpunt fungeert en met wie deadlines afgesproken worden.

Via tussentijdse (jaarlijkse?) symposia kunnen de nieuwe bevindingen dan aan de buitenwereld kenbaar gemaakt worden. Dit vormt een stimulans om verder te gaan met het onderzoek maar ook een erkenning voor de instanties die het financieel mogelijk maken.